Murgseehütte - Berggasthaus Murgsee (1818m)
Hoogte: 1818m
Kaart: 1154 Spitzmeilen, 237 Walenstadt (wandelroute)
Max. Slaapplaatsen: 45
Startpunt: T1 van Mornen 1.45h, T1 van Merlen 2.30h, T1 5h van Murg.
Geopend: juni tot half oktober.
Website: https://www.murgsee.ch
We rijden niet al te vroeg het dal in, kopen een parkeerbewijs en rijden zigzaggend het alpenstraatje omhoog langs enorme rotsblokken, passeren verscheidene parkeerplaatsen en parkeren de auto uiteindelijk bij Mornen Parkplatz (1240m). Vanaf hier staat de Murgsee 2 uur aangegeven. In de schaduw is het fris zo niet koud, maar de jassen blijven uit en met T shirt en rugzak beginnen we aan de wandeling. Het is een breed pad en naast elkaar lopen gaat met gemak, de boerderij op Mornen is al winterklaar en bij een woning iets verderop wordt het gras nog een keer gemaaid voor de winter invalt. Op Mornen (1379m) staat de Murgsee 1.45 uur aangegeven en via Erdis, een alp boven het doorgaande wandelpad, wandelt men in bijna 4 uur naar de Murgsee. Wij nemen de gemakkelijkste en kortste weg en wandelen het Schwarztonwald in. Het 460 ha. grote natuurreservaat is van nationale betekenis, het is namelijk het grootste dennenbos van noordoost Zwitserland met een eeuwen oud Arven-bos (Pinus cembra L.). De Arve is een dennensoort die te herkennen is aan de 5 naalden in één naaldenschacht. Arven-bossen zijn zeldzaam in Zwitserland, ze komen hoofdzakelijk voor in centraal Zwitserland, het Engadin en in Wallis. De dikst gemeten exemplaar heeft een doorsnede van 120 cm. En het oudste exemplaar wordt op 600 jaar geschat. Het wandelpad wordt steiler en gaat langs enorme rotsblokken. Langs het wandelpad zijn de laatste gentianen aan het verwelken voor de winter. Tussen de bomen door hebben we een prachtig uitzicht op de Hochmättliberg. Dan zwelt het geluid van de Murgbach aan en niet veel later wandelen we langs de Murgbach stroomopwaarts richting Guflen Ook deze boerderij is al afgesloten staande onder de rotsblok van “de Hammer”. De herfstkleuren komen beetje bij beetje tevoorschijn en de eerste paddenstoelen staan er ook al. Vervolgens worden we nog even gewezen op het Arven-bos, over het pad van de oude handelsroute vervolgen we onze weg, inmiddels op plaatsen zeer steil en glad. We bereiken de onderste Murgsee en zien in de schaduw de Murgbachfall. Nog een korte klim en dan opent zich een oase en hebben we het einde van het trog-dal bereikt. Voor ons zien we de Murgseehütte geheel verscholen tussen de rotsblokken, struiken en Arven, opgaand in het landschap rond de middelste Murgsee.
Nog een paar dagen en dan sluit ook deze berghut zijn deuren, de eerste sneeuw heeft zich afgelopen nacht al aangekondigd zoals op de foto’s al te zien is. De vlag van de Murgseehütte is al gestreken, nog twee dagen zijn ze open maar her en der wordt er al opgeruimd. Dicht is ook dicht hier, het gebied is dan niet meer toegankelijk bovendien kent de Murgseehütte geen winterverblijf.
Na onze lunch genuttigd te hebben gaat het via dezelfde wandelroute terug. Een wandelroute je kent ze wel, waar je werkelijk 2 uur de tijd nog hebt om boven te komen en die je in iets meer dan een uur afdaalt. Zo ook deze afdaling die in ruim een uur en tien minuten is gedaan. Terugkijkend op een mooie dag bereiken we Mornen Parkplatz eten nog een appeltje en rijden het dal uit naar Murg aan de Walensee. Onderweg rijden we langs het grootste edel- kastanje gebied ten noorden van de Alpen. Hier staan ca. 1850 edel- kastanjebomen, de Europese tamme kastanje gedijt goed in Murg dankzij de optimale geografische en klimatologische ligging. Het is elke herfst weer een lekkernij de geroosterde tamme kastanjes. Murg wordt dan ook wel het kastanje dorp genoemd. Bovendien vinden er regelmatig rondleidingen plaats over het kastanje pad van Murg, al kun je de route ook zelf lopen meer info; https://www.murg.ch/tour/488.
Een impressie van het wandelgebied naar de Murgseehütte: